Verschillen
Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
Beide kanten vorige revisieVorige revisieVolgende revisie | Vorige revisie | ||
lexicale_motiefgroepen [2022/04/01 14:14] ann | lexicale_motiefgroepen [2024/08/26 12:26] (huidige) ann | ||
---|---|---|---|
Regel 1: | Regel 1: | ||
- | ===== Lexicale motiefgroepen ====== | + | ===== Lexicale motiefgroepen |
Familienamen zijn deels gevormd met soortnamen, deels met eigennamen.\\ | Familienamen zijn deels gevormd met soortnamen, deels met eigennamen.\\ | ||
- | Hun historisch-etymologische betekenis is die van de soort- of eigennamen waarop ze teruggaan: de eerste drager van de naam // | + | Hun historisch-etymologische betekenis is die van de soort- of eigennamen waarop ze teruggaan: de eerste drager van de naam // |
Naargelang hun benoemingsmotief kunnen de familienamen in vijf lexicale motiefgroepen worden ingedeeld: | Naargelang hun benoemingsmotief kunnen de familienamen in vijf lexicale motiefgroepen worden ingedeeld: | ||
Regel 10: | Regel 10: | ||
Patroniemen zijn gevormd met de voornaam van de vader, bijv. // | Patroniemen zijn gevormd met de voornaam van de vader, bijv. // | ||
Metroniemen zijn gevormd met de voornaam van de moeder, bijv. // | Metroniemen zijn gevormd met de voornaam van de moeder, bijv. // | ||
- | Voorbeelden van familienamen die teruggaan op verwanten in de tweede graad, zijn bijv. //Ooms//, //De Neve//. | + | Voorbeelden van familienamen die teruggaan op verwanten in de tweede graad, zijn bijv. //Ooms//, //De Neve, Cosyns//. |
==== 2. Beroepsnamen ==== | ==== 2. Beroepsnamen ==== | ||
- | Beroepsnamen duiden het beroep of het ambt dat de eerste naamdrager uitoefende, aan. Dergelijke namen zijn een afspiegeling van hoe mensen vroeger de kost verdienden, bijv. //De Clerck//, //Smit//, // | + | Beroepsnamen duiden het beroep of het ambt aan dat de eerste naamdrager uitoefende. Dergelijke namen zijn een afspiegeling van hoe mensen vroeger de kost verdienden, bijv. //De Clerck//, //Smit//, // |
Vele beroepsnamen zijn ontstaan in een stedelijk milieu, bijv. de ambachtsnamen //De Wever//, // | Vele beroepsnamen zijn ontstaan in een stedelijk milieu, bijv. de ambachtsnamen //De Wever//, // | ||
In ieder dorp of stad was er vroeger een bakker, smid, molenaar, timmerman, (dak)dekker en koster. Het is dan ook geen toeval dat familienamen, | In ieder dorp of stad was er vroeger een bakker, smid, molenaar, timmerman, (dak)dekker en koster. Het is dan ook geen toeval dat familienamen, | ||
Regel 19: | Regel 19: | ||
==== 3. Eigenschapsnamen en diernamen ==== | ==== 3. Eigenschapsnamen en diernamen ==== | ||
- | De groep van de eigenschapsnamen omvat de namen die een opvallend kenmerk van de eerste naamdrager aanduiden. Dergelijke namen kunnen verwijzen naar een fysiek kenmerk, bijv. //De Groote//, //De Bruyne//, // | + | De groep van de eigenschapsnamen omvat de familienamen |
Mensen kunnen ook worden vergeleken met dieren: bij familienamen als bijv. //De Leeuw//, //Vos//, //De Pauw// worden eigenschappen van dieren metaforisch aan mensen toegeschreven. Diernamen kunnen echter meerduidig zijn: ze kunnen ook op historische huisnamen teruggaan, bijv. //Van der Valk//, of indirecte beroepsnamen betreffen, bijv. //Haring//. //De Vis//.\\ | Mensen kunnen ook worden vergeleken met dieren: bij familienamen als bijv. //De Leeuw//, //Vos//, //De Pauw// worden eigenschappen van dieren metaforisch aan mensen toegeschreven. Diernamen kunnen echter meerduidig zijn: ze kunnen ook op historische huisnamen teruggaan, bijv. //Van der Valk//, of indirecte beroepsnamen betreffen, bijv. //Haring//. //De Vis//.\\ | ||
Regel 39: | Regel 39: | ||
(naar: Marynissen 2011a: 315) | (naar: Marynissen 2011a: 315) | ||
- | Voor een uitvoerige studie, zie:\\ | ||
- | Marynissen, Ann (2010): Ursprung, Motivierung und Bildung von Familiennamen am Beispiel des niederländischen Sprachgebiets. In: Cornelissen G. & H. Eickmans (Hrsg.): Familiennamen an Niederrhein und Maas. Von Angenendt bis Seegers/ | ||
==== Kaart ==== | ==== Kaart ==== | ||
- | {{:: | + | |
+ | {{:: | ||
==== Commentaar ==== | ==== Commentaar ==== | ||
Regel 50: | Regel 49: | ||
Deze kaart geeft voor iedere provincie weer welke motiefgroep de frequentste is, op basis van de honderd frequentste namen per provincie (materiaal: Belgische familienamen uit 1987, Nederlandse familienamen uit 1993).\\ | Deze kaart geeft voor iedere provincie weer welke motiefgroep de frequentste is, op basis van de honderd frequentste namen per provincie (materiaal: Belgische familienamen uit 1987, Nederlandse familienamen uit 1993).\\ | ||
- | In Vlaanderen zijn afstammingsnamen het frequentst. In vier van de vijf Vlaamse provincies (Limburg, Antwerpen, Vlaams-Brabant en Oost-Vlaanderen) vormen deze namen de grootste groep. Absolute uitschieters zijn de provincies Limburg (56 procent) en Vlaams-Brabant (50 procent), waar (meer dan) de helft van de honderd frequentste namen een vaders- of moedersnaam is. Ook in de provincie Antwerpen is dit percentage bijzonder hoog (43 procent). In Oost-Vlaanderen is dit type met 32 procent minder dominant dan in de oostelijke helft van Vlaanderen. Het aandeel afstammingsnamen neemt in Vlaanderen van oost naar west af: in West-Vlaanderen heeft een ander type namen de bovenhand, namelijk de woonplaatsnamen (35 procent).\\ | + | In Vlaanderen zijn afstammingsnamen het frequentst |
In Nederland is het beeld heel wat gevarieerder. De zuidoostelijke provincies Limburg en Gelderland sluiten aan bij het uitgestrekte oostelijke Vlaamse gebied met een overwicht aan afstammingsnamen (Limburg: 56 procent, Gelderland: 35 procent). Opvallend is dat de Nederlandse provincie Limburg een even hoog percentage heeft als Belgisch-Limburg, | In Nederland is het beeld heel wat gevarieerder. De zuidoostelijke provincies Limburg en Gelderland sluiten aan bij het uitgestrekte oostelijke Vlaamse gebied met een overwicht aan afstammingsnamen (Limburg: 56 procent, Gelderland: 35 procent). Opvallend is dat de Nederlandse provincie Limburg een even hoog percentage heeft als Belgisch-Limburg, | ||
- | Een dergelijk verband geldt niet voor het historische hertogdom Brabant: Noord-Brabant heeft naamkundig een heel eigen karakter: het is de enige provincie waarin de herkomstnamen het frequentste naamgevingsmotief vormen (30 procent).\\ | + | Een dergelijk verband geldt niet voor het historische hertogdom Brabant: Noord-Brabant heeft naamkundig een heel eigen karakter: het is de enige provincie waarin de herkomstnamen het frequentste naamgevingsmotief vormen |
- | In alle andere Nederlandse provincies voeren ofwel de beroepsnamen ofwel de woonplaatsnamen de rangschikking aan: beide naamtypen bereiken overal waarden van ruim 30 procent. In Zuid-Holland (33 procent), Utrecht (34 procent), Flevoland (33 procent), Overijssel (34 procent) en Friesland (39 procent) domineert de verwijzing naar de woonplaats van de eerste naamdrager als naamgevingsmotief; | + | In alle andere Nederlandse provincies voeren ofwel de beroepsnamen |
+ | |||
+ | Voor een uitvoerige studie, onder meer met de verdeling per motiefgroep, | ||
+ | Marynissen, Ann (2010): Ursprung, Motivierung und Bildung von Familiennamen am Beispiel des niederländischen Sprachgebiets. In: Cornelissen G. & H. Eickmans (Hrsg.): Familiennamen an Niederrhein und Maas. Von Angenendt bis Seegers/ | ||
Ann Marynissen | Ann Marynissen | ||