Algemeen: spelling in één of meer woorden #
Een administratieve vernieuwing die we aan de Fransen te danken hebben, is de inrichting van de burgerlijke stand. Bij decreet van 17 juni 1796 werden in de Zuidelijke Nederlanden de registers van de de burgerlijke stand ingevoerd, waarin sindsdien de aktes van geboorte, huwelijk, echtscheiding en overlijden worden bijgehouden. Voor de burger hield deze hervorming in dat ieder verplicht werd om zijn familienaam te laten registreren door een ambtenaar van de burgerlijke stand. Of en welke instructies deze ambtenaren kregen voor de spelling van de familienamen in die akten, is niet bekend. Feit is dat de spelling van de Vlaamse familienamen heel wat regionale, archaîsche varianten bevat: zie Algemeen: spellingverschillen Nederland / Vlaanderen.
Hoewel de grote variatie in de spelling van de familienamen in Vlaanderen de indruk kan doen ontstaan dat er een zekere spellingwillekeur heerste, geldt dat niet voor het aaneen of los schrijven van meerledige familienamen.
In West-Vlaanderen en langs de Germaans-Romaanse taalgrens blijken familienamen die met een lidwoord of een voorzetsel beginnen, in de regel aaneengeschreven te worden, bijv. Devos, Dedecker, Desmet, Vandenberghe, Vandevelde, Vanacker, Vandenbroucke, terwijl dergelijke namen elders in Vlaanderen in meerdere woorden worden gespeld: bijv. De Vos, De Decker, De Smet, Van den Berghe, Van de Velde, Van Acker, Van den Broeck. De regelmaat in de geografische distributie van deze spellingvariatie (West-Vlaanderen contrasteert met de rest van Vlaanderen) doet vermoeden dat de keuze om zulke familienamen al of niet aaneen te schrijven, niet overgelaten werd aan de individuele ambtenaar, maar van overheidswege gestuurd werd. Hoewel een wettelijke richtlijn hierover me niet bekend is, hebben de West-Vlaamse ambtenaren kennelijk de Franse spellinggewoonte om lidwoord- en voorzetselnamen in de regel in één woord te schrijven, overgenomen, vergelijk bijv. Frans Lefèvre, Leroy, Lemaire, Dupont, Dubois, Dumoulin, Delarue. Ook de vaststelling dat in de buurt van de taalgrens de aaneengeschreven vormen frequenter zijn dan de met twee of meer woorden gespelde varianten, wijst op Franse invloed.
Ann Marynissen